In 2008 ontdekten Australische onderzoekers dat de krassen een half miljoen jaar geleden gemaakt zijn door Homo erectus, de voorloper van de moderne mens. En – zeer waarschijnlijk – is het gekras een verhaal. Welk verhaal deze voorouder wilde vertellen? We zullen het nooit weten. Wel is er een directe lijn is te zien van deze schelp naar het snel veranderende, in toenemende mate transdisciplinaire beroepenveld van media- en communicatieprofessionals anno 2021. Verhalenvertellers hebben het oudste beroep ter wereld.
In dat beroep vormen verhalen een vaste, onveranderlijke kern. Dat is belangrijk om bij stil te staan. Zonder kern ga je tollen. Vanuit die basis leiden CO+CB studenten op tot media- en communicatieprofessionals in de breedste zin van het woord: T-shaped professionals met een brede basis en een eigen specialisme. Ons huidige onderwijsmodel is daarop afgestemd.
Als media- en communicatieopleidingen doen we ons werk vanuit de inhoud. We zijn de herijking in 2018 daarmee gestart: wat is onze kern, en wat verandert er om ons heen? Wat maakt ons uniek? In een groot aantal ontwerptafels keken docenten, studenten, onderzoekers en professionals naar die vragen. Uitkomst: een Sterk Verhaal. Een hernieuwde focus op de tijdloze kracht van verhalen, zowel in de content - het verhaal dat je ziet - als voor het concept en de strategie - het verhaal erachter. Vanuit die kern innoveren en zoeken we nieuwe vormen om verhalen te vertellen en hebben we voor CO+CB een gezamenlijk profiel geformuleerd met daarin ruimte voor verschillen. Vanuit die inhoud volgde in 2019 een nieuw didactisch model en in 2020 een nieuw organisatiemodel.
Creative Business-studenten leiden we op tot creatieve en ondernemende mediaprofessionals, gespecialiseerd in ontwerp, productie, vermarkten en exploitatie van alle soorten content en media. Ze hebben diepe kennis van de werking van alle soorten media. Communicatiestudenten leiden we op tot
professionals gespecialiseerd in het regisseren van communicatie van netwerken. Netwerken zijn alle plekken waar mensen samenwerken: merken, bedrijven, maar ook NGO’s. Ze leren communicatie ontwerpen van concept tot creatie.
Vanwege onze samenwerking als opleidingscluster, uniek in Nederland, laten we studenten in de hoofdfase kiezen uit het curriculum van beide opleidingen. Een deel van het propedeuseprogramma is gezamenlijk ontwikkeld. Dat doen we met een reden. Vroeger werkten communicatieprofessionals op communicatie-afdelingen en bij bureaus en mediaprofessionals op redacties en in Hilversum. Tegenwoordig vind je hen overal. Alle bedrijven zijn inmiddels mediabedrijven. Overal waar mensen samenwerken is vraag naar professioneel georganiseerde communicatie. De grenzen tussen media en communicatie vervagen. De vraag naar breed opgeleide specialisten groeit. Voor CO+CB zijn dat creatieve, verantwoordelijke en ondernemende contentmakers met kennis van conceptontwikkeling en strategie. Een professional met een uniek specialisme: iets kunnen dat niemand anders kan.
Waarom vernieuwen? Zeker in onderwijsland is dat een relevante vraag. Het vakgebied van media en communicatie kent verhalen als kern, maar de enige constante is verandering: verhalen moeten continu opnieuw worden gemaakt en uitgevonden. Omdat ze dicht op mens en samenleving zitten moeten media- en communicatieprofessionals zich steeds afvragen hoe ze beiden het beste kunnen bereiken. Daarvoor is voortdurende vernieuwing nodig.
In de herijking willen we toewerken naar een model dat duurzame innovatie faciliteert: een curriculum, didactiek en organisatie gebouwd voor continue vernieuwing. Daarnaast hebben studenten steeds meer behoefte aan persoonlijke en flexibele leerroutes, zowel binnen als buiten de opleiding. En er zijn steeds meer samenwerkingsvormen binnen en buiten de HvA, wat vraagt om open en flexibel onderwijs.
De opleiding Creative Business heeft haar eindkwalificaties gedefinieerd in
vijf competenties met bijbehorende beroepshandelingen, beroepsproducten en bijbehorende attitudes:
De opleiding Communicatie heeft haar eindkwalificaties gedefinieerd in vijf competenties met bijbehorende beroepshandelingen, beroepsproducten en bijbehorende attitudes:
Sinds 2018-2019 studeren studenten af onder het diploma Creative Business in plaats van MIC. De eindkwalificaties zijn geconverteerd naar de leerresultaten uit het landelijke profiel van de Creative Business-opleidingen.
In een flexibiliserend beroepen- en onderwijsveld wordt het natuurlijke spanningsveld tussen individuele leerroutes van studenten en eindkwalificaties groter. Immers, elke student moet hetzelfde eindniveau behalen terwijl de individuele leerroutes door flexibilisering in toenemende mate uiteenlopen. Om hier grip op te houden heeft een tijdelijke curriculumcommissie in 2016 en 2017 onderzoek gedaan naar het curriculum van CO+CB in samenhang met onze leerlijnen (zie Standaard 2) en eindkwalificaties. Dit onderzoek heeft in 2018-2019 geleid tot een aantal aanpassingen en verbeteringen:
Het nieuwe onderwijsmodel Stones is een flexibel, breed programma. De student heeft zelf de regie over zijn studieroute. Om te borgen dat elke student hetzelfde eindniveau heeft, zijn er generieke eindkwalificaties voor CO en CB geformuleerd. De eindkwalificaties zijn gebaseerd op de landelijke opleidingsprofielen van CO en CB, het CO+CB-positioneringsdocument. Een verhaal met twee helden en het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF), dat op zeer generieke en abstracte wijze het gewenste eindniveau van hoger beroepsopleidingen in Nederland beschrijft.
De niveauopbouw is gebaseerd op de taxonomieën van Solo en ZelCom. Solo gaat over niveau van kennis en leerprocessen, ZelCom over complexiteit en mate van zelfstandigheid van taken. Tijdens de opleiding wordt op meerdere momenten getoetst of de student het gewenste niveau heeft: na jaar 1 (niveau 1), aan het eind van jaar 2 (niveau 2) en aan het eind van jaar 4 (niveau 3/eindniveau).
Voor ons onderwijs geldt dat we altijd met echte en actuele opdrachtgevers werken. CO+CB zijn daarvoor uitstekend gepositioneerd: in Amsterdam, het hart van creatief Nederland. De afgelopen jaren hebben we gewerkt met onder meer Linda, 3FM, WNF, RTL Nieuws, Philips, Trendwatching.com, Bol.com, Glamour, Q-Music, KLM, Gemeente Amsterdam, HEMA, Rabobank, Oxfam Novib en Ajax. De Knowledge Mile, door het Kenniscentrum van FDMCI ontwikkeld, biedt ons tientallen contacten met opdrachtgevers - van koffiebars tot banken – in de directe omgeving van de Amstelcampus. Zij worden, samen met de Amsterdam Donut Coalitie, ingezet in het propedeuseproject Storytelling.
Opdrachtgevers briefen de studenten zelf, geven (soms tussentijds maar altijd aan het eind) feedback. Veelal wordt een project afgesloten met een presentatie van het beste werk aan de opdrachtgever. Studenten werken dus vanaf de propedeuse aan echte en actuele praktijksituaties, zowel individueel als in groepsverband. Het eindwerk - ook dat van afstudeerders - wordt sinds 2019 gepresenteerd aan het werkveld tijdens Outburst, de faculteitsbrede eindweek voor de zomervakantie.
Ook voor stages geldt dat CO+CB studenten profiteren van onze centrale plek in Amsterdam. Onze stagebank bevat honderden actuele stage- en
afstudeervacatures binnen en buiten de creatieve industrie. Met alle stagebedrijven hebben we direct contact. Elke stagiair en daarmee elk stagebedrijf wordt tijdens een stage bezocht (ruim duizend stagebezoeken per jaar). Bedrijven beoordelen in hoeverre ons programma aansluit bij hun werk en wensen en de ontwikkelingen in het vakgebied. Vaak groeien stagebedrijven uit tot opdrachtgevers (en vice versa).
Een aanbeveling van het accreditatiepanel in 2017 was de versterking van de relatie met alumni. Dit hebben we opgepakt door het contact met alumni via LinkedIn te verstevigen en aansluitend sinds 2018-2019 vier keer per jaar een netwerkborrel voor alumni te organiseren. Het alumnibeleid van de opleidingen voorziet daarnaast in een structurele inzet van alumni als junior-docent (Instructeur Praktijkonderwijs of IPO’er), waardoor zij werkervaring kunnen opdoen. Alumni worden ook ingezet binnen het project HvA Campus Creators (zie Standaard 2).
Het werkveld is betrokken bij het verhaal achter de schermen. CO+CB hebben een gemeenschappelijke Onderwijsadviesraad (OAR) die het managementteam minimaal drie keer per jaar adviseert over ontwikkelingen in het werkveld en strategische keuzes voor de inrichting van het onderwijs. We zijn enorm trots op de samenstelling van onze OAR: professionals uit de volle breedte van het werkveld, van Rijksoverheid tot startups en
van maatschappelijke organisaties tot reclamemakers. Veelal zijn OAR-leden zelf alumnus. Leden van de OAR hebben intensief deelgenomen aan de zogenoemde ontwerptafels, leidend tot het Sterk Verhaal. Aansluitend is geadviseerd over de inhoudelijke focus van de herijkte opleiding (zie Profilering) en de keuze van beroepsvraagstukken. Ook gaf de OAR advies over de opzet van een nieuwe Associate Degree. OAR-leden nemen in 2021 ook deel aan de groepen die het nieuwe curriculum voorbereiden.
In ons nieuwe onderwijsmodel staan beroepsvraagstukken centraal. We werken met modules (Stones) van 15 ECTS die draaien om actuele vraagstukken die in het werkveld en de maatschappij spelen. Deze beroepsvraagstukken worden jaarlijks geactualiseerd in onze ontwerptafels, met deelname van studenten, docenten, onderzoekers en professionals. Ook OAR-leden participeren in deze sessies.
Elk beroepsvraagstuk kent een beschrijving van gewenste impact voor een opdrachtgever, gericht op één of meer belanghebbenden, vertaald naar een oplossing zoals een product, dienst of advies. Beroepsvraagstukken hangen binnen een module samen met te ontwikkelen kennis, vaardigheden en houding. Afhankelijk van het niveau waarin een student zich bevindt, is dit vraagstuk meer of minder complex. Binnen het hoogste niveau werken studenten aan challenges van 30 ECTS, waarin samen met onderzoekers en professionals een wicked problem te lijf wordt gegaan.
CO+CB zijn de meest volledige media- en communicatie-opleidingen van Nederland, gefocust op verhalen, in hartje Amsterdam.
CO+CB leidt media- en communicatieprofessionals op over de volle breedte van het vakgebied: van contentmakers en journalisten tot ondernemers en reputatiespecialisten. Volledig zijn we ook door onze unieke samenwerking als opleidingscluster. De HvA is de enige hogeschool in Nederland waar media- en communicatie-opleidingen zó intensief samenwerken. Dat doen we door:
Samen met onze focus op het bedenken en maken van verhalen - in de breedste zin van het woord - maakt dit CO+CB bijzonder ten opzichte van andere media- en communicatieopleidingen in Nederland en ten opzichte van aanverwante creatieve opleidingen, zoals CMD, AMFI en de Hogeschool voor Journalistiek.
Onze plek in Amsterdam maakt tot slot dat we studenten uit Nederland én daarbuiten iets bijzonders kunnen bieden: opdrachtgevers uit een creatieve hotspot, veel stage- en afstudeerplekken en een uniek studentenleven in een hyperdiverse wereldstad.
In 2019 hebben we de beroepsvisies van beide opleidingen geformuleerd die ten grondslag liggen aan de inhoudelijk positionering van beide opleidingen. Het gaat dan zowel om de gedeelde identiteit van beide opleidingen (het gezamenlijke DNA) als de eigen identiteit CO en CB.
Dit positioneringsdocument ‘Een verhaal met twee helden’ ligt aan de basis van onze herijking en zorgt voor een aanscherping van onze externe positionering richting studiekiezers en opdrachtgevers.
Als onderdeel van een professionelere profilering naar onze belangrijkste doelgroepen en stakeholders, is in 2018 Team Connect geformeerd. In dit team werkt het International Office samen met een aantal communicatiemedewerkers en contentmakers (IPO’ers) dagelijks aan alle verbindingen tussen CO+CB en de buitenwereld: studiekiezers, werkveld en internationale partners. Ook verzorgen zij de interne communicatie met studenten en medewerkers. Team Connect beheert en organiseert, in samenwerking met de onderwijscoördinatoren, alle communicatie-activiteiten van de opleidingen:
In 2021 is voor het werkveld een CO+CB-LinkedIn-pagina gelanceerd. Hiermee willen we ons verder profileren richting het werkveld. Het is de bedoeling om hier (stage)vacatures te delen, maar ook om studentenwerk te laten zien.
Wij vinden het belangrijk dat studenten in aanraking komen met praktijkgericht onderzoek. Onderzoek, een breed scala aan verschillende methoden, komt geïntegreerd terug in alle jaren van de opleidingen. Het doel is om een student naar het eindniveau te brengen waarin deze zelf keuzes maakt welke methode en/of combinatie daarvan het beste te gebruiken in een vraagstuk of beroepssituatie. De complexiteit en zelfstandigheid nemen toe hoe verder de studenten in de opleiding komen. Eén van de aanbevelingen van het accreditatiepanel luidde:
‘Blijf de ruimte opzoeken om verschillende onderzoeksmethodieken binnen de opleiding toe te passen. Traditionele onderzoeksmethoden en nieuwe of innovatieve vormen van onderzoek kunnen naast elkaar bestaan.’
In zowel de onderzoeksleerlijn als in het afstuderen zijn de opleidingen hier verder mee aan de slag gegaan.
Bronnen
Harari, Yuval Noah (2015). Sapiens. A Brief History of Humankind. New York: Harper.
Boyd, Brian (2010). On the Origin of Stories: Evolution, Cognition, and Friction. Harvard: Belknap Press.
Het accreditatiepanel gaf in 2017 de aanbeveling om ‘speciale aandacht te besteden aan de deeltijdstudie en maatwerk te geven aan deze groep studenten’. Hiermee zijn we aan de slag gegaan, de afgelopen periode stond dan ook in het teken van ‘Deeltijd in beeld’. Er is een specifieke deeltijdcoördinator aangesteld, de interne processen werden onder de loep genomen en beter afgestemd op de deeltijdstudent. Daarnaast is het onderwijs inhoudelijk meer in lijn gebracht met de voltijd.
Op advies van onze Onderwijs Advies Raad is er in 2016 voor gekozen om de Communicatie en MIC deeltijd samen te voegen tot een gemengde MIC/CO deeltijd. Studenten volgen meer dan in de voltijdopleiding dezelfde modules. We stelden ons actief de vraag welke consequenties de vervagende scheidslijnen tussen het media- en communicatiewerkveld hebben voor onze twee opleidingen. Per studiejaar 2018-2019 zijn de opleidingen daadwerkelijk samengevoegd.
We zagen dat CO deeltijdstudenten ook MIC modulen wilden volgen en vice versa. Doordat de deeltijd een kleine eenheid is, biedt het samenvoegen van beide opleidingen veel meer mogelijkheid tot flexibiliteit binnen het onderwijs. We bouwen sinds studiejaar 2018-2019 de deeltijd Communicatie af en hebben alleen een deeltijdopleiding onder het Croho van CB.
Binnen de CB deeltijdopleiding hebben studenten vele inhoudelijk keuzes. Zo kunnen ze bijvoorbeeld zowel in jaar 2 als jaar 3 kiezen voor wat meer CO gekleurde modules, de CO-route waarbij de student zelf kan kiezen of hij binnen de CB deeltijdopleiding meer CO georiënteerd onderwijs wil volgen. Tot in jaar 4 kan een student bepalen of de CO-route tot het eind gevolgd wordt.
Het competentieprofiel van de CB-deeltijdopleiding is gelijk aan het competentieprofiel van de CB-voltijdopleiding. Om meer nadruk ook te leggen op de CO-route is het competentieprofiel aangevuld met 1 CO-competentie, te weten: Ontwikkelen van en adviseren over communicatiebeleid. Deze competentie geldt tot en met het tussenniveau voor alle deeltijdstudenten. Daarna geldt deze alleen voor studenten die kiezen voor een CO-route. Daarbij tonen ze dan ook deze aanvullende competentie aan in de afstudeeropdracht en het eindassessment.
DE DEELTIJDSTUDENT
De groep deeltijdstudenten kenmerkt zich door diversiteit in leeftijd, vooropleiding, werkervaring, werk/denkniveau en privéleven. De gemiddelde leeftijd is 30 jaar, de gemiddelde instroomleeftijd is 25 jaar. Deeltijd ontvangt als grootste groep studenten van het mbo. De verdeling is als volgt:
De diversiteit is ook te zien in de verschillende contexten van de werkervaring. Waar de ene student al op HBO werk- en denkniveau functioneert in het communicatie- en mediaveld, werkt de andere eerstejaars in de horeca of een administratieve functie die weinig met de opleiding te maken heeft.
We profileren de CB-deeltijd als opleiding voor werkenden om het onderscheid met de voltijd helder te maken. Een van de belangrijkste verschillen, naast de praktische kant, is dat het onderwijs van deeltijd gebruik maakt van de werkomgeving van de student. Voor de inhoud van het huidige onderwijs hebben we gekozen voor modules die goed aansluiten bij studenten die werken, voor een organisatie of als zelfstandige. Zo is het maken van radio en televisie naar de achtergrond verdwenen, maar leren studenten wel om een bedrijfsvideo voor hun werkgever te maken.
We zullen bij de instroom van ‘21-’22 nog meer aandacht besteden aan de werkplek van de student, deze moet aansluiten bij de studie. Studenten moeten nog bewuster zijn van het feit dat zij hun werkplek actief moeten inzetten voor hun ontwikkeling. Hiertoe is een werkplekscan ontwikkeld waarover de student in de intake in gesprek gaat. De opleiding helpt hen zich te presenteren op hun werkplek als CB’er doordat zij actief met de opdrachten aan de slag moeten. Daarin kunnen studenten hun nieuwe kennis en vaardigheden laten zien wat soms leidt tot een beter passende functie voor de student binnen het bedrijf.
De aanvankelijke verwarring en crisis had impact in de maanden voor de zomer. De deeltijdstudenten hadden daar wisselende ervaringen mee: geen werk meer, veel te veel werk, kinderen thuis. Na de zomer kwam er meer stabiliteit in deze persoonlijke situaties, zoals ook in het onderwijs. De rendementen en de waardering voor de modules na de zomer zijn voor bijna alle modules hetzelfde of hoger. Het onderwijs wordt dus nog steeds goed gewaardeerd en de studenten halen dezelfde of betere resultaten.
HERIJKING
De nieuwe profilering, eindkwalificaties en de BOKSA zoals benoemd bij de voltijd zullen ook zo terugkomen in de deeltijd. Er wordt nog onderzocht hoe ook in het nieuwe de CB-deeltijd aangevuld kan worden met een CO-route.
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Suspendisse varius enim in eros elementum tristique. Duis cursus, mi quis viverra ornare, eros dolor interdum nulla, ut commodo diam libero vitae erat. Aenean faucibus nibh et justo cursus id rutrum lorem imperdiet. Nunc ut sem vitae risus tristique posuere.